Veel mensen zijn verrast wanneer ze horen dat ik de theebranche in ben gegaan. ”Ik had nooit verwacht dat jij een theetype was.”
(Wat dat dan ook mag betekenen.) Klopt, dat ben ik ook niet. Ik ben het type dat zijn carrière wil wijden aan het veranderen van voedselketens. Het leek mij een logische stap om te beginnen bij het op één na meest geconsumeerde drankje ter wereld (water staat op #1), thee, en tegelijkertijd een voor veel ontwikkelingslanden belangrijk handelsgewas.
Als consumenten moeten we ons bewust worden dat wij een stem uitspreken met het aankopen van een product, een stem voor het systeem dat verantwoordelijk is voor het tot stand brengen van dit product. Omdat ik dit systeem van dichtbij heb mogen meemaken in de thee, sta ik er niet langer meer achter. Ik realiseerde mij dat ik mijn hele leven een vercommercialiseerd drankje heb gedronken, beïnvloed door handel in aandelen en massaproductie, niet door smaak of kwaliteit.
We kunnen simpelweg niet langer bedrijven creëren die losstaan van de herkomst van de producten die ze verkopen, en dat is ook niet nodig.
Het integreren van een eerlijke handelsketen in een bedrijfsmodel van een onderneming is al lang niet meer idealistisch, het is een haalbare commerciële optie geworden.
Een ding is zeker; we moeten de mens opnieuw opnemen in de kapitalistische berekening. Hoewel we als samenleving allerlei soorten crisissen hebben meegemaakt, lijkt het er niet op dat we ons gedrag hebben veranderd. Onze manier van denken en zakendoen is zo roestig en verouderd dat het vooruitgang in de weg staat. De theesector is bijna volledig op dezelfde manier blijven opereren als in de koloniale tijd. Dat is waarom we zo snel mogelijk moeten overgaan op een nieuwe manier van denken en zakendoen waarbij er meer aandacht is voor de mens.
Het Nederlandse bedrijf Philips was in de jaren 90 beroemd vanwege de uitzonderlijke zorg voor hun fabriekswerknemers. Deze kregen huisvesting en gezondheidszorg, waardoor er naast de maandelijkse salarissen ook een veiligheidsnet werd gecreëerd. In de loop van de tijd namen bedrijven steeds minder verantwoordelijkheid voor het verbeteren van de levensomstandigheden van hun werknemers en gingen we overheden vertrouwen zorg te dragen voor ons welzijn en voor dat van onze samenleving (wat ook niet al te goed uitpakte…). Het wordt tijd om over te gaan op een model waarbij bedrijven de verantwoordelijkheid nemen voor álle betrokkenen in hun toeleveringsketens, van de theeplukkers tot de accountants. Die betrokkenen zijn niet alleen mensen, maar bestaan uit het volledige ecosysteem waar een bedrijf in opereert en deel van uitmaakt.
In de documentaire ‘Rendement van geluk’ wordt een interessant concept vermeld: Minimum Viable Profit (kleinst mogelijke winst). De Minimum Viable Profit (MVPr) is de minimale winst die een bedrijf moet maken om het bedrijf levensvatbaar en duurzaam te houden. Per definitie handelt het bedrijf op basis hiervan niet alleen meer met het oog op winstmaximalisering, waardoor er minder druk komt te staan op efficiëntie en operationele kostenvermindering.
Sociale impact kan daardoor één van de kerndoelstellingen van een bedrijf worden, en moet daarom in de (financiële) waardering van een onderneming worden opgenomen. Dit betekent natuurlijk niet dat een bedrijf geen winst mag maken, want levensvatbaarheid op de lange termijn is cruciaal, maar winstmaximalisering is niet meer het kerndoel. De eindejaarsrapporten worden niet meer overheerst door cijfers, maar omvatten impactanalyses en sociale indicatoren.
Frank about tea heeft nog een hele lange weg te gaan om een voorbeeld te worden van dit vernieuwende bedrijfsmodel, maar we zijn zeer zeker onderweg.
Het wordt steeds moeilijker voor grote bedrijven om enkel met mooie woorden en stralende foto’s consumenten te overtuigen dat zij het hart op de goede plaats hebben.
Als een bedrijf dure campagnes nodig heeft om aan te tonen dat er maatschappelijk verantwoord wordt gewerkt, moeten we ons afvragen waarom deze grote woorden en budgetten überhaupt nodig zijn om iets uit te leggen wat in feite heel simpel is: houdt de onderneming rekening met het maatschappelijk belang? Ja of nee.
Dit is waarom Frank about tea zich niet (alleen) bezighoudt met het aanbieden van betere thee, maar ook met het veranderen van de geïndustrialiseerde, anonieme kop thee in een menselijker kopje thee.
Let’s be frank, een eerlijke kop thee smaakt ook een heel stuk beter, promise!
Reacties (0)
Terug naar News